Lees nu een fragment uit ‘Ken mij niet’
Hoofdstuk 24
Ik was niet alleen maar bang voor hem. Nee, ik was doodsbang dat mensen erachter kwamen wat ik werkelijk ben. Zowel nadat ik ontsnapte als toen ik nog bij hem was. Als we alleen waren noemde hij mij altijd een bepaald woord. Ik kon het een lange tijd niet voor me halen maar het verbond me onmiskenbaar aan hem. Het zorgde ervoor dat ik bij hem bleef, zelfs wanneer er kansen waren om te ontsnappen. Het kostte me veel moeite om de diep weggestopte herinnering terug te halen maar ik moest erachter komen waarom hij me zo noemde en waarom ik hem geloofde. Alleen dan kan ik terugvinden wie ik echt ben. Identiteit is flexibel, maar wie je bent, bepaal je niet altijd zelf.
Het was een dag dat alles anders werd. Het was een dag die mij, en alles wat ik over mezelf dacht te weten, voorgoed veranderde. Ik was een paar maanden bij hem, veel langer kan het niet zijn geweest. Het einde van de eerste winter in de hut diep in het bos naderde, en hij vertelde me dat we binnenkort op reis zouden gaan om geld te verdienen. Mijn hart maakte een sprongetje. Ik begreep dat we teruggingen naar de bewoonde wereld. Daar waar er mensen waren die me konden helpen, me bevrijden. Maar tegen de tijd dat de zon onderging was mijn vreugde volledig verwoest.
‘Ik wil je wat laten zien,’ zei hij en hij keek me verheugd aan. Hij maakte mijn riem los van de grond en terwijl ik me verbouwereerd afvroeg wat er ging gebeuren, sloeg hij het dekentje om mijn naakte lijf. Het was een bijna liefdevol gebaar dat ik niet kon plaatsen.
‘We gaan naar buiten.’ Hij opende de deur en voor het eerst sinds mijn aankomst mocht ik er door. Met zijn andere hand pakte hij zijn geweer. De koude lucht omringde me en ik knipperde tegen het felle daglicht. ‘Wat gaan we doen?’ vroeg ik bibberig. Hij zette zijn vinger tegen zijn lippen. Zijn blik was niet boos maar eerder samenzweerderig en dat vond ik nog veel enger. Hij trok zachtjes aan de riem van mijn halsband en ik zette voorzichtig met mijn blote voeten de eerste stapjes op de harde koude grond. Ineens had ik door dat hij me naar het kleine houten schuurtje bracht en ik stopte met lopen. ‘Wat gaan we doen?’ vroeg ik nogmaals en slikte. Ditmaal was de angst in mijn stem te horen.
‘Sst, dat zie je wel,’ fluisterde hij toen hij me weer zachtjes maar dwingend meetrok. Ineens hoorde ik een harde bons in het schuurtje, en een kreet. Ik weet niet meer hoe het klonk want door mijn eigen interpretaties op dat moment, vervormde mijn brein wat ik had gehoord. Had hij een hert verwond en opgesloten? Ik wist dat hij graag op dieren joeg voor het eten maar door de kou waren het tot nu toe niet meer dan vogels geweest, en kleine bosdieren. Dit klonk groot, en sterk.
‘Help!’ hoorde ik ineens onmiskenbaar. Er werd aan de binnenkant van de schuur op de deur gebonkt. Hij draaide snel de sleutel die in het slot stak om en rukte de deur open.
…
Nog een fragment lezen? Klik dan snel op de afbeelding!
Klik op onderstaande afbeelding en bestel ‘Ken mij niet’ direct online
óf bericht mij via info@nadinebarroso.com voor een gesigneerd exemplaar.
(winkelprijs zonder verzendkosten)